Het verre oosten dichterbij
Deel 2: de jungle in… Onze eerste bestemming is Khao Yai, het oudste nationale park van Thailand. Het is grotendeels bergachtig en bedekt met regenwoud. Het is een groot park: wel 2000 km2, wat gelijk staat aan zo’n 400.000 voetbalvelden. Dat lijkt veel, maar gedurende ons vierdaags verblijf heb we er geen enkele kunnen vinden. Terwijl we toch een dag met een gids rondrijden. Tata, heet hij. Zoals in ‘Tata Steel’ voegt hij er gelijk aan toe. Een bekende industriële familie in Thailand, die de gelijknamige Thaise auto op de markt brengt. Onze gids rijdt in een Mitsubishi. De Tata valt na een jaar of drie volledig uit elkaar, verklaart hij. Op onze eerste stappen in het regenwoud ‘s morgens vroeg worden wij begeleid door het prachtige gezang van de gibbons. Een bijna betoverend geluid, dat kilometers ver te horen is. Tata is een goedgehumeurde, deskundige gids. Hij leidt ons naar de nesten van diverse soorten neushoornvogels en naar de plek waar een visuil geduldig zit ...